Sport Nieuws dinsdag 14 oktober, 2025 23:18
Wiebes schittert op drie fronten tijdens WK baanwielrennen in Chili
De Mijdrechtse Femke Wiebes, die afgelopen zaterdag pas nog de wereldtitel binnenhaalde bij het gravelrijden, gaat ook op het baanwielrennen vol voor de winst. Op het komende WK in Chili neemt ze het op tegen de beste rijdsters ter wereld op maar liefst drie onderdelen. Als titelverdedigster komt ze in actie bij de scratch, een spannend massastart-nummer waarbij het allemaal draait om timing en doorzettingsvermogen.
Daarnaast is Wiebes ook van de partij bij het olympische omnium, een samengestelde discipline met meerdere onderdelen op één dag. Samen met Lisa van Belle vormt ze bovendien een team in de koppelkoers – een tactisch intensieve strijd op twee na elkaar lopende rondes. Wiebes laat zich dit seizoen niet stuiten: op de weg pakte ze al maar liefst 25 overwinningen, en nu wil ze ook op de baan laten zien dat ze tot de absolute top behoort.
Bij de mannen zien we een terugkeer van het gouden teamsprint-team. Harrie Lavreysen, Jeffrey Hoogland en Roy van den Berg komen voor het eerst sinds vorig jaar WK weer samen in actie. Beiden – Lavreysen en Hoogland – doen ook individueel mee op de sprint, keirin en de kilometer tijdrit, waar explosieve kracht en precisie bepalend zijn.
Op de vrouwenzijde wordt er ook flink vertegenwoordigd. Kim Kalee, Hetty van de Wouw en Steffie van der Peet vormen het Nederlandse teamsprint-drietal, dat vorig jaar al zilver wist te bemachtigen. Van de Wouw en Van der Peet duiken bovendien in de individuele sprint- en keirinwedstrijden.
Op de duurderdeelcompetities bij de mannen is Nederland vertegenwoordigd met Yanne Dorenbos, Yoeri Havik, Philip Heijnen en Vincent Hoppezak. Zij zullen moeten aantonen dat ze kunnen concurreren met de internationale elite op disciplines waar uithoudingsvermogen en slimme koersplanning cruciaal zijn.
Het WK baanwielrennen begint volgende week woensdag – dan weten we snel genoeg wie er glanst op de velodroom in Chili.
Luuk de Jong al vereeuwigd in PSV Walk of Fame, terwijl hij nog actief is
Je zou denken: de Walk of Fame is voor icoonstatus achteraf. Maar bij Luuk de Jong maakt PSV een flinke uitzondering. De spits krijgt zaterdag tijdens de wedstrijd tegen Go Ahead Eagles alvast zijn eigen tegel in de PSV Walk of Fame – en dat terwijl hij technisch gezien nog steeds actief is als voetballer.
Deze eer komt niet uit de lucht vallen. De 35-jarige aanvalsleider, die afgelopen zomer vertrok naar FC Porto, wordt in Eindhoven gezien als één van de grootste namen uit de recente clubgeschiedenis. Tijdens twee periodes bij de club – van 2014 tot 2019 en later van 2022 tot 2025 – speelde hij maar liefst 338 officiële duels en scoorde daarin 186 keer. Dat soort cijfers maakt je niet zomaar; daar word je legendarisch mee.
En het ging niet alleen om goals. De Jong stond bekend als een harde werker, een echte vechter en iemand die de ploeg met voorbeeldgedrag voorop leidde. Zijn toewijding aan PSV was nooit in twijfel te trekken, en dat wint hartjes – zowel bij fans als bij de clubleiding.
Normaal gesproken is de Walk of Fame bedoeld voor spelers die hun loopbaan hebben afgerond. Maar bij Luuk de Jong wilde men geen seconde wachten. “Hij staat symbool voor alles wat PSV belichaamt: passie, strijdlust en trouw”, aldus Nick Poldermans van sponsor Energiedirect. “Zo’n prestatie verdient direct erkenning, ook al speelt hij nog.”
Marcel Brands, algemeen directeur van PSV, vult aan: “Wat Luuk heeft gepresteerd, is in het huidige voetbal haast ondenkbaar. En dan heb je het nog niet eens over zijn rol als leider. De groep volgde hem op het laatste woord. Die combinatie maakt hem uniek – en dus de eerste actieve speler die plek krijgt in de Walk of Fame. Verdienstelijk? Absoluut.”
Tijdens het afscheid bij PSV, dat samenvalt met de wedstrijd tegen Go Ahead Eagles, wordt de tegel officieel onthuld. Daarmee sluit De Jong een emotionele boekdeel af in Eindhoven – en wordt hij meteen geëerd onder dezelfde rechters als Romário, Hans van Breukelen, Phillip Cocu en Luc Nilis, wiens hand- en voetafdrukken al in het stadion verankerd zijn.
Een mooie eer voor een speler die meer dan alleen goals leverde: hij leverde identiteit.
Rinus van Kalmthout keert terug bij oude jeugdliefde voor IndyCar-seizoen 2026
De Nederlandse IndyCar-coureur Rinus van Kalmthout, beter bekend onder zijn bijnaam ‘Veekay’, heeft eindelijk een nieuwe racestoel gevonden – en die zit bij een team dat hem extra warm om het hart gaat doen: Juncos Hollinger Racing. Vanaf 2026 zal hij weer in het blauw-witte kleed rijden, dit keer op het hoogste niveau van de Amerikaanse open-wielracing.
Voor Van Kalmthout is dit meer dan alleen een teamwissel; het voelt bijna als thuiskomen. Met Juncos reed hij namelijk al in zijn formulerijke jaren, met succes. In 2018 werd hij kampioen in de Pro Mazda-klasse onder hun vlag, en een jaar later pakte hij een sterke tweede plaats in de Indy Lights, eveneens met Juncos als achterban. Die prestaties openden uiteindelijk de deur naar de grote ploeg: in 2020 maakte hij zijn debuut in de IndyCar Series bij Ed Carpenter Racing.
Tijdens zijn vijf seizoenen daar boekte hij tot nu toe één overwinning – in 2021 – en liet hij zien dat hij consistent kan meedoen aan de top. Vorig jaar stapte hij over naar Dale Coyne Racing, waar hij in 2025 direct indruk maakte met een podium in Toronto (tweede plek op het stratencircuit). Uiteindelijk eindigde hij als veertiende in het kampioenschap. Hoewel Dale Coyne graag verder wilde met Van Kalmthout, lag de interesse niet aan Nederlands kant. De coureur zocht iets nieuws – en vond dat in zijn oude nest.
Bij Juncos neemt hij de stoel over van Conor Daly, die dit seizoen net vier plekken onder hem eindigde in de stand. Een mooie symboliek: terugkeren bij het team waarmee alles begon, maar dan nu als een ervaren coureur met bewezen klasse.
Eind september, na de laatste race van het seizoen, maakte Van Kalmthout zijn vertrek bij Dale Coyne officieel bekend. Sindsdien was de spanning groot over waar hij terecht zou komen. Nu is het duidelijk: thuis is waar de snelheid is. En voor Veekay ligt die thuisbasis bij Juncos Hollinger Racing.
PSV-eigenaar van het hart: Luuk de Jong krijgt ereplek in Walk of Fame
Zaterdag wordt een bijzondere dag voor Luuk de Jong. De voormalige spits van PSV, die afgelopen zomer vertrok naar FC Porto, krijgt tijdens de wedstrijd tegen Go Ahead Eagles een eigen tegel in de PSV Walk of Fame. Een eer die normaal gesproken alleen spelers krijgen die hun carrière hebben afgesloten – maar Luuk is blijkbaar zo’n uitzondering dat daar speciaal een streepje door wordt gehaald.
Tijdens zijn afscheid in het Philips Stadion wordt niet alleen emotioneel afscheid genomen van de fans, maar wordt ook officieel de tegel onthuld. En terecht, want De Jong groeide in Eindhoven uit tot een echte clubicoon. Hij speelde in twee periodes voor de club: eerst van 2014 tot 2019, en daarna weer van 2022 tot 2025. In totaal stond hij in 338 officiële duels op het veld en scoorde hij maar liefst 186 keer. Dat maakt hem één van de meest scorende spelers in de geschiedenis van PSV.
En de prijzen? Daar kwam hij ook niet tekort aan. Met de Eindhovenaren werd hij vier keer landskampioen, won hij één keer de KNVB-beker en pakte hij drie Johan Cruijff Schalen. Kortom: een indrukwekkend palmares.
Nick Poldermans van sponsor Energiedirect vat het mooi samen: “Luuk de Jong staat voor toewijding, strijdlust en pure liefde voor PSV. Zijn prestaties spreken voor zich, en dat we hem nu mogen vereeuwigen in de Walk of Fame, is een enorme eer.”
Marcel Brands, algemeen directeur van PSV, is even enthousiast: “De cijfers die Luuk heeft neergezet, zouden in het huidige voetbal haast niet meer mogelijk zijn. Maar bovenal was hij een echte leider. De groep volgde hem blindelings. Die combinatie van kwaliteit en karakter maakt hem uniek. Daarom verdient hij deze plek – en dan ben je als actieve speler zelfs de allereerste in de Walk of Fame.”
In de Walk of Fame liggen nu al 23 afdrukken van grote namen zoals Romário, Hans van Breukelen, Phillip Cocu en Luc Nilis. En vanaf zaterdag dus ook die van Luuk de Jong – een ware PSV-legende, met hart en ziel.
Wat doet de baas van het wereldvoetbal op een vredesconferentie?
Gisteren stond er iets behoorlijk bijzonders te gebeuren in Egypte: een grote top over vrede in Gaza, met niemand minder dan de Amerikaanse president en de VN-baas aanwezig. Maar wie dacht je daar ook tussen te zien? Juist ja: Gianni Infantino, de voorzitter van de FIFA. Die poseerde gewoon mee op het podium, alsof hij al jaren meezit in de diplomatieke wereld.
Infantino kondigde direct aan dat de FIFA gaat helpen om voetbalspelen in Gaza weer mogelijk te maken. “Voetbal geeft hoop aan kinderen,” zei hij vol overtuiging. En klinkt dat mooi? Zeker. Is het ook logisch dat de voetbalbaas ineens tussen wereldleiders staat tijdens een crisistop over oorlog en vrede? Daar twijfelt meer dan één expert aan.
Want even serieus: wat doet een man die verantwoordelijk is voor de bal en de regels, op zo’n zwaarbeladen politiek moment? Twee weken terug zei Infantino zelf nog dat de FIFA zich erbuiten moet houden als het over geopolitiek gaat – vooral nadat er druk werd uitgeoefend om Israëlische teams te schorsen. En nu staat hij hier, midden in het conflict, alsof hij een vredestichter is.
Sportfilosoof Sandra Meeuwsen vindt het geen toeval. Zij schreef er zelfs een boek over: Sport = Politiek. Volgens haar grijpen sportleiders steeds vaker naar de machtsknuppel in de internationale arena. “Infantino is daar misschien wel het perfecte voorbeeld van,” zegt ze. “Hij neemt gewoon plaats, zonder blushing. Alsof hij daar hoort.” En hoewel hij vast niet denkt aan een carrière als VN-secretaris-generaal, is Infantino volgens Meeuwsen wel een opportunistische autocraat. “De man gebruikt zijn positie sluw. Het kiessysteem binnen de FIFA? Gecorrumpeerd. En er is niemand die echt controleert wat er speelt.”
Theo van Seggelen, oud-voorvechter van voetballers bij FIFPro, heeft geen goed woord over voor Infantino. Hij kent hem al jaren, van toen de Zwitsers-Italiaanse bestuurder nog jurist was bij de UEFA onder Michel Platini. “Het is een gigantische egoïst,” zegt Van Seggelen botweg. “Alles draait om hemzelf.” En hij ziet een patroon: Infantino moest vaak de kamer uit als het écht over voetbal ging. “Daar is frustratie uit voortgekomen, een soort minderwaardigheidscomplex. Toen hij naar de FIFA overstapte, klom hij sluipenderwijs naar de top – door slim te manipuleren.”
En hoe kwam Qatar eigenlijk aan het WK? “Het stinkt aan alle kanten,” aldus Van Seggelen. “Hoe kan deze man nou leidinggeven aan de FIFA? Ik schaam me ervoor.”
Toch lijkt Infantino zich prima te redden in de wereld van macht en imago. Op Instagram claimt hij dat hij persoonlijk was uitgenodigd door Donald Trump – met wie hij inmiddels een behoorlijke band zou hebben. Hun relatie begon al in 2019, toen Infantino Trump uitleg gaf over gele en rode kaarten (ja, echt). Maar het ging vooral over het WK 2026, dat VS, Canada en Mexico samen organiseren – waarvan maar liefst 78 wedstrijden in de Verenigde Staten.
Meeuwsen gelooft dat Infantino en Trump elkaar herkennen in elkaars narcistische trekjes. “Ze steunen elkaar, zolang het hun beider imago ten goede komt. En met het WK van komend jaar in zicht, is alles toegestaan.”
Begin dit jaar was Infantino zelfs aanwezig bij Trumps inauguratie. Afgelopen zomer bezocht Trump de finale van het WK voor clubs in New Jersey. En onlangs noemde Infantino hem zelfs degene die de Nobelprijs voor de Vrede verdient – vanwege zijn ‘daadkracht’.
Maar het wordt niet makkelijk. Denk aan Iran: dat team is al geplaatst voor het WK, maar mag normaal gesproken niet naar de VS vanwege het inreisverbod. En dan had Trump eerder dit jaar al gezegd dat Rusland een WK-ticket zou kunnen krijgen als het ophield met de oorlog in Oekraïne – terwijl hun ploeg al lang is buitengezet door de FIFA.
Volgens Meeuwsen heeft Infantino simpelweg een warme relatie nodig met Trump. “Hij wil in het middelpunt staan, maar roept dan dat het allemaal voor het voetbal is. De bal moet rollen. Echte betrokkenheid? Twijfelachtig.”
Van Seggelen lacht er wrang om: “Hij zegt dat hij voetbal in Gaza gaat verbeteren, maar geloof me: hij heeft er nog nooit naar omgekeken. Het is gewoon een smoes om bij de machthebbers te kunnen zitten.”
Relletjes uit de hand gelopen tijdens demonstratie rond Italië-Israël-wedstrijd
Tijdens de WK-kwalificatiewedstrijd tussen Italië en Israël in Udine is het dinsdag niet helemaal spaak gelopen. Ondanks een flinke hoeveelheid veiligheidsmaatregelen braken er rellen uit in het centrum van de stad. Ongeveer vijftig pro-Palestijnse demonstranten gingen in de clinch met de politie, die uiteindelijk traangas en waterkanonnen moest inzetten om de groep onder controle te krijgen.
De betogers probeerden barricades te forceren die waren opgesteld om hen op afstand van het stadion te houden. Dat ligt aan de rand van Udine, wat bewust was gekozen vanwege de beperkte toegankelijkheid – juist om risico’s te beperken. Toch liep het dus mis in het stadscentrum.
Al dagen vooraf was alles al op slot getrokken: scherpschutters op het dak van het hotel waar het Israëlische team verbleef én op het stadion zelf, drones in de lucht, talloze agenten en militairen. Ook veel lokale winkels en horecagelegenheden besloten dicht te blijven uit voorzorg.
FIFA-president Gianni Infantino had nog speciaal opgeroepen tot kalmte, vlak na het wapenstilstandsakkoord tussen Israël en Hamas donderdag. En lang leek dat ook aan te slaan. Zo’n 10.000 mensen namen deel aan een grote mars, die de eerste drie uur zonder problemen verliep. Maar bij het eindpunt escaleerde de situatie plots.
In het stadion zelf bleef het relatief rustig. Er klonk wat gepjoel toen het Israëlische volkslied werd ingezet, maar dat werd snel overstemd door applaus vanuit de rest van het stadion. In totaal zaten er ongeveer 9.000 toeschouwers bij.
