Recent Nieuws woensdag 08 oktober, 2025 07:37
320 dak- en thuisloze kinderen in de regio Eindhoven: ‘Dat slaat nergens op’
Als je hoort dat er in de regio Eindhoven maar liefst 320 kinderen zijn die dak- of thuisloos zijn, schrik je toch een beetje. En dat is niet gek – want het gaat om jonge mensen die niet zomaar even bij een vriend slapen, maar echt geen stabiele plek hebben om te wonen. Dat blijkt uit een grote telling waarvoor voor het eerst meerdere gemeenten rond Eindhoven samenwerkten.
De telling, ook wel bekend als de ETHOS-telling, werd gehouden in april en brengt niet alleen mensen in beeld die letterlijk op straat leven, maar ook de zogeheten ‘verborgen’ daklozen. Denk aan kinderen die tijdelijk bij familie of vrienden verblijven, in een stacaravan zitten of op een vakantiepark. Ze slapen dus niet onder bruggen of in portieken, maar zijn wél zonder vaste woonplek – en dat heeft flink wat impact.
Samir Toub, wethouder in Eindhoven, reageert geschokt op de cijfers: “Je schrikt ervan, ook al hadden we al zo’n vermoeden. Je wil gewoon dat kinderen veilig opgroeien, met rustige plekken om te spelen, naar school te gaan en vrienden te zien. Maar hoe doe je dat als je van hot naar her moet?”
Meer dan alleen straatarmoede
Het aantal getelde dak- en thuislozen in de regio komt uit op ruim 2400 mensen – waarvan dus 320 kinderen. Daarnaast zijn er nog eens 879 minderjarigen die indirect betrokken zijn bij dak- of thuisloosheid, omdat één of beide ouders in die situatie zitten. Zelf hebben ze dan wel een dak boven hun hoofd, maar de onzekerheid thuis beïnvloedt hun dagelijks leven natuurlijk wel.
De telling gebeurde over twee dagen in vijftien plaatsen in de regio, met hulp van maar liefst 84 organisaties – inclusief huisartsen. Doel was om ook de onzichtbare gevallen bloot te leggen: mensen die niet in opvang zitten, maar bijvoorbeeld bij een kennis op de bank pitten of in hun auto slapen. Die worden vaak over het hoofd gezien, maar tellen volgens de definitie wél als dak- of thuisloos.
Interessant detail: slechts twaalf procent van de groep leeft écht in de openbare ruimte, zoals parkeergarages of winkelcentra. De rest verblijft in instellingen, auto’s, busjes of zelfs schuren.
Jongeren en vrouwen in beeld
Een kwart van de getelde daklozen is vrouw – 29 procent, om precies te zijn. Dat is relatief hoog en wijkt af van eerdere landelijke schattingen. Het gaat vaak om alleenstaande moeders die terechtkomen bij familie of vrienden, maar zelden aankloppen bij officiële opvang. “Het oude beeld van de man met een baard op straat is lang niet meer compleet”, zegt Toub. “De groep is veel diverser dan vroeger.”
Ook valt op dat 19 procent van de getelde personen jongeren of jongvolwassenen zijn tussen 18 en 27 jaar. Sommigen zijn studenten, anderen komen uit jeugdzorg of zijn door een scheiding of werkloosheid hun huis kwijtgeraakt. “Het is nu al moeilijk genoeg om een woning te vinden. Als je dan ook nog eens financieel wankel bent, ben je snel kanselier”, aldus de wethouder.
Woningnood speelt grote rol
Toub wijst er nadrukkelijk op dat de huidige cijfers direct terug te voeren zijn op het enorme woningtekort. “Als je het over dakloosheid hebt, kom je uiteindelijk altijd bij de woningnood terecht. Er zijn gewoon te weinig betaalbare huizen.” De regio wil daarom met het Regionaal Actieplan Dakloosheid 2024–2030 structureel aan de slag. Belangrijkste doelen: mensen helpen om hun huis te behouden, voldoende inkomen te krijgen en toegang tot sociale woningen.
De planmakers hopen dat de vierjaarlijkse ETHOS-telling toekomstige ontwikkelingen in kaart kan brengen. Zo wordt duidelijk of de maatregelen werken en of het aantal dak- en thuislozen daadwerkelijk afneemt.
Steeds Meer Reuzebatterijen voor Groene Stroom: De Nieuwe ‘Parkeerplekken’ van Nederland
Batterijen zijn tegenwoordig overal. In je e-bike, in je elektrische auto, of misschien zelfs thuis in de kelder. Maar er gebeurt iets groters: ook op grote schaal worden batterijen steeds vaker ingezet om stroom op te slaan en weer terug te leveren aan het net. Het zijn als het ware ‘parkeerplekken’ voor groene energie – en die worden niet alleen meer, maar ook steeds groter.
Dat blijkt uit het jaarlijks marktrapport van Energy Storage NL, de branchevereniging voor energieopslag. Volgens hen verdubbelt de capaciteit van grote batterijen dit jaar naar zo’n twee gigawattuur. Dat klinkt technisch, maar het betekent simpelweg dat er genoeg stroom kan worden opgeslagen om in theorie twee miljoen huishoudens een uur lang van stroom te voorzien. En de groei lijkt nog lang niet gestopt: de komende jaren komt er nog veel meer opslag aan, mits het beleid en de stroommarkt meewerken.
Onafhankelijke experts zien dezelfde trend. “Eigenlijk staan we nog best aan het begin”, zegt Coen Hutters van RaboResearch. “De markt voor grote batterijen komt nu echt op gang.” Bewijs? In november sluiten twee nieuwe reusachtige batterijinstallaties aan op het stroomnet. Engie bouwt een nieuw batterijpark op een eiland in Lelystad, waar al een gascentrale én een combinatie van wind- en zonnepark draaien. Tegelijkertijd werkt Flevo-BESS in Dronten aan wat straks de grootste batterij van Nederland wordt.
Maar Nederland is hiermee niet uniek. In veel andere Europese landen groeit de sector nog sneller, vooral omdat daar gunstigere regels gelden voor energieopslag.
Waarom nu juist deze groei?
Eén belangrijke reden: de toename van duurzame stroom. De afgelopen jaren kwam er enorm veel zon- en windenergie bij. Vorig voorjaar was bijna de helft van alle stroom in Nederland hernieuwbaar. Alleen: die productie hangt af van het weer. Zonnepanelen leveren hun piek rond het middaguur, wanneer er relatief weinig vraag is. ‘s Avonds daarentegen, als mensen koken, tv kijken en lichten aandoen, is de vraag hoog – maar dan staat de zon al onder.
Dat leidt tot spanningen in het systeem. Soms moet groene stroom letterlijk worden weggegooid omdat het net vol zit – een fenomeen dat netcongestie heet. Daar kunnen batterijen een oplossing voor zijn. “Je wilt eigenlijk een soort parkeerplek creëren voor stroom”, zegt Harry Talen van Engie Nederland. “Daarvoor zijn batterijen perfect.”
Ze laden op wanneer er veel stroom is (bijvoorbeeld op een zonnige middag) en leveren die later terug aan het net wanneer de vraag stijgt. Zo smooien ze de pieken en dalen in het systeem glad.
En die pieken worden steeds extremer. Jeroen Neefs van Energy Storage NL wijst op het aantal uren met negatieve stroomprijzen – ja, soms betaalt de producent de consument om stroom te nemen. Vorig jaar waren dat er 466. En dan hadden we augustus nog niet eens gehad. Halfweg dit jaar zaten we al op 458 uur met negatieve prijzen.
Die grillige prijzen maken het bovendien interessant om met batterijen te gaan handelen in stroom. Maar het gaat niet alleen om winst. “Batterijen zijn geen speeltje voor beleggers”, benadrukt Talen. “Ze helpen het hele energiesysteem efficiënter te werken, dempen de stroomprijzen en verminderen netcongestie.”
Minister Hermans van Klimaat en Groene Groei waarschuwde onlangs dat het netprobleem nog altijd ernstiger wordt. Toch geeft haar ministerie toe dat grote batterijen een belangrijke rol kunnen spelen in de oplossing – als ze maar goed verspreid worden. Plaats je ze verkeerd, dan kun je de druk op het net juist verergeren.
Geen wondermiddel, maar wel een grote stap
Toch zijn batterijen geen allesoplosser. Ze zijn vooral geschikt voor korte periodes: denk aan drie tot vier uur opslag. Voor langdurige tekorten – bijvoorbeeld tijdens lange windstiltes – heb je andere oplossingen nodig, zoals opslag in warmte of waterstof. Gascentrales zullen dus voorlopig nog nodig blijven, al verwacht Talen dat ze steeds minder hoeven te draaien. “We kunnen nu piekmomenten met batterijen opvangen, waar we eerder gas verbrandden.”
Minder gas betekent ook minder CO2-uitstoot. Een pluspunt voor het klimaat.
En er zijn nog meer redenen waarom batterijen nu plotseling zo populair worden. “De prijs van lithiumbatterijen is flink gedaald”, zegt Hutters van RaboResearch. “En die trend lijkt door te gaan.” Het grootste deel van de technologie komt uit China, waar de energiedichtheid – hoeveel stroom er in één batterij past – continu verbetert.
Kortom: we zitten mogelijk pas aan het begin van een batterijrevolutie. “Ik verwacht dat de groei doorgaat”, zegt Jeroen Neefs. “Er komen nog veel meer, en grotere, projecten aan.”
Alle wandelaars van de Mount Everest veilig geborgen na zware sneeuwstorm
Wat een weekend was het op de flanken van de Mount Everest! Door een plotselinge en hevige sneeuwstorm zaten dit weekend honderden wandelaars en gidsen vast op meer dan 4200 meter hoogte. Gelukkig is iedereen nu weer veilig, meldt de Chinese staatsmedia.
In totaal zaten er 580 toeristen vast, samen met ruim 300 gidsen en jakkenherders – mensen die met hun dieren vaak de bagage vervoeren in lastige terreinen. De storm kwam hard aan, vooral omdat hij precies viel tijdens de Gouden Week, een populaire vakantieperiode in China waarin veel mensen een tripje maken naar binnenlandse natuurgebieden. Normaal gesproken is oktober een prima maand voor wandelen: heldere lucht, goed zicht en aangename temperaturen. Maar dit jaar sloeg het weer om – vrijdag begon het te sneeuwen, en de komende dagen werd de val steeds intenser.
Door de extreme weersomstandigheden waren zelfs ervaren gidsen overrompeld. Er werden direct reddingsacties op touw gezet: politie, brandweer én honderden Tibetaanse vrijwilligers schaarden zich om de gestrande groepen veilig naar beneden te begeleiden. Sommige wandelaars hadden al last van onderkoeling, dus de timing was kritiek.
Zondag konden al 350 mensen veilig terugkeren. De rest is de afgelopen uren succesvol geëvacueerd. Voorlopig zijn de wandelpaden naar de valleien van Karma en Rongshar afgesloten. Ook de beklimming van Cho Oyu – de zesde hoogste berg ter wereld – is tijdelijk niet toegestaan, uit voorzorg.
Giro555-hulp: waar is al dat geld naartoe gegaan?
Het Rode Kruis heeft vanochtend duidelijk gemaakt wat er is gebeurd met de 25,6 miljoen euro die tijdens de Giro555-actie voor het Midden-Oosten zijn opgehaald. Een flink deel – 9,1 miljoen euro – is al besteed. De rest gaat in het komende jaar naar noodhulp en wederopbouw in gebieden die hard getroffen zijn.
Tot nu toe is het grootste deel van het geld, liefst 55,7 procent, terechtgekomen in Gaza. Daarna volgt Libanon met 30 procent, Syrië met 6,6 procent en de Westelijke Jordaanoever met 6,5 procent. Israël kreeg zo’n 1,2 procent van de donaties. Daar zijn vooral kwetsbare gemeenschappen geholpen, zoals Bedoeïnen die moeilijke omstandigheden kennen.
Dat Gaza zoveel hulp krijgt, is volgens het Rode Kruis meer dan begrijpelijk. “De behoefte daar is enorm”, aldus Harm Goossens, voorzitter van de Giro555-actie. Hij benadrukt dat ook in de komende periode miljoenen beschikbaar blijven om de nijpende nood in Gaza te verzachten.
Goossens legt uit dat ambulances, medische zorg, mobiele klinieken, drinkwater, voedsel en noodtenten echt verschil maken voor mensen die alles zijn kwijtgeraakt. “Donaties aan Giro555 helpen precies daar waar het het hardst nodig is.”
De actie was eind vorig jaar op gang gekomen omdat er volgens schattingen al snel tienduizenden levens verloren waren gegaan en bijna twee miljoen mensen uit Gaza op de vlucht moesten. Media-expert Esther Hammelburg benadrukte toen al hoe belangrijk transparantie is: donoren moeten weten waar hun geld terechtkomt.
Giro555 is een samenwerking tussen verschillende hulporganisaties en focust op snelle, doeltreffende steun. Ondertussen lopen er onderhandelingen over de toekomst van Gaza, maar de nood blijft groot.
Nederland telt steeds meer miljonairs – weet jij hoeveel er in jouw gemeente wonen?
Nederland kent een groeiend aantal miljonairs, en de cijfers van 2024 laten zien dat ruim 5 procent van alle huishoudens nu minstens een vermogen van één miljoen euro heeft. Van al die rijke gezinnen bezit twee derde tussen de één en twee miljoen euro. Een kwart zit op een vermogen van twee tot vijf miljoen, en een kleine drie procent – dus relatief weinig – beschikt over maar liefst tien miljoen of meer.
Er zijn natuurlijk plekken waar miljonairs dichter op elkaar zitten. Denk aan de bekende ‘gouden randjes’ rond Amsterdam. In gemeenten als Bloemendaal en Laren is bijna één op de drie huishoudens miljonair. Ook in Blaricum, Heemstede en Wassenaar ligt het aandeel flink boven de twintig procent. Duidelijk dus waar de dikke portemonnee woont.
Maar niet overal is het zo rooskleurig. In Groningen, Flevoland en Limburg zie je juist het laagste percentage miljonairs: daar heeft minder dan vier procent van de huishoudens een miljoen opzijgezet of meer. In Limburgse steden zoals Brunssum, Heerlen en Kerkrade zit relatief het minste geld. En ook in Nissewaard (Zuid-Holland) en Den Helder (Noord-Holland) wonen verhoudingsgewijs weinig miljonairs.
Benieuwd hoe jouw eigen gemeente scoort? Misschien woon je pal naast een miljonair zonder het te weten!
Hoe komt dat vermogen eigenlijk tot stand? Bij veel miljonairs speelt ondernemerschap een grote rol. Denk aan mensen die een bedrijf hebben met een ‘aanmerkelijk belang’ – oftewel: minimaal vijf procent van de aandelen in handen hebben. Dat soort vermogen maakt vaak het grootste deel uit. Verder blijkt dat bijna 40 procent van de miljonairs al van pensioen geniet, terwijl de resterende 60 procent nog actief werkt. Van die werkenden is ruim de helft zelfstandig. Overigens is dat percentage wel aan het dalen: in 2014 was nog 71 procent van de werkende miljonairs ZZP’er of eigen baas, nu is dat teruggegaan naar 55 procent.
Interessant detail: de waarde van de eigen woning en eventuele hypotheekschuld zijn meegenomen in de berekening. Maar voor miljonairs telt de huiswaarde minder zwaar dan voor gewone huishoudens. Bij de meeste mensen is de woning namelijk het grootste bezit, terwijl miljonairs hun rijkdom vooral elders hebben staan.
Terwijl de ene groep flink wat heeft, worstelt een ander deel van Nederland met armoede. In een video uit 2023 is te zien hoe diep die kloof soms kan gaan.
